KERK EN GELOOF IN VOLENDAM

mrt. 22, 2022

Kerk en geloof in Volendam

1572  Edam gaat over tot de Reformatie, katholieke schuilkerk in Edam.

1574  Volendam overvallen door Watergeuzen.

1614  Bouw (gedoog-) kapel in Edam in tuin pastorie van de huidige H. Nicolaaskerk.

1658  Bouw Nederlands Hervormde kerk op het zuideinde in Volendam.

1666  Ambtelijke melding van uitoefening van de Roomse religie in ‘seecker huijs en kerck’ te Volendam.

1700  Uitbreiding van de H. Nicolaaskapel in Edam tot een zogenaamde biechtkapel.

1798  Grondwet scheiding van kerk en staat (Franse tijd).

1825 Opnieuw uitbreiding en verbouwing van de kapel in Edam, nu met de ingang op de Voorhaven;

           de verbouwde kerk werd op 19 mei 1825 ingezegend.

1847 Na finale vergroting en vernieuwing werd de H. Nicolaaskerk op 26 oktober ingewijd.

1848 Grondwet van Thorbecke: vrijheid van godsdienst; gebruik katholieke bijkerk in Volendam.

1860 Bouw van de Vincentiuskerk te Volendam door architect Molkenboer; in 1883 vergroot door A.C. Bleijs en

           in 1908 opnieuw vergroot naar ontwerp van architect P. Snel.

1866 Negen Volendammers in pauselijke krijgsdienst, regiment ‘Zuavi Pontici’ (Zoeaven van de Paus).

1881 Op 12 september werd Jan Guijt als eerste Volendammer tot priester gewijd; priesternaam Bonifatius.

1890 Verbond met de Zusters Dominicanessen uit Voorschoten tot stichting van een katholieke meisjesschool.

1891 Komst zusters Dominicanessen, eerste H. Mis op 22 april in de nieuwe kapel toegewijd aan het H. Hart;

           vanaf juli start de bewaarschool, begin 1994 de lagere meisjesschool en in 1901 het herhalingsonderwijs.

1907 Stichting van de Sint Jozefvereniging en de bouw van ‘De Jozef’.

1913 Bouw van de Sint Jozefschool, de 1e katholieke jongensschool, op het terrein naast het Jozefgebouw;

           op 2 januari 1914 geopend; hoofdmeester A. Mühren betrok de aanpalende onderwijzerswoning.

1924 Overdracht van de openbare school aan het Kerkbestuur; deze school aan de Edammerweg (1890) was in 1912 afgebrand en, opnieuw                     opgebouwd, in 1914 weer in gebruik genomen; het werd de Jozefschool A

           en de school van mr. Mühren de Jozefschool B; zo waren er twee katholieke jongensscholen. Mr. Mühren werd later hoofd van de                                   Jozefschool A, mr. Verhoef en daarna mr. Klaas Zwarthoed van de Jozefschool B.

1962 Inwijding Marakerk (O.L. Vrouw Sterre der Zee), als nieuwe parochie afgesplitst v/d Vincentiusparochie.

1972 De derde RK. kerk, het Kruispunt, als dependance van de Vincentiuskerk in gebruik genomen.

1978 De Ark, het vierde Rk. kerkgebouw, als dependance/bijkerk van de Mariaparochie in gebruik genomen.

1994 De Vincentiuskerk gerestaureerd in de periode 1994-'97, de toren al eerder in 1987.

2002 De Ark niet meer in gebruik als kerkgebouw.

2012 Het Kruispunt buiten gebruik gesteld en in 2013 gesloopt.

2014 Samenvoeging beide parochies van Volendam tot de "Parochie van de H.H. Maria en Vincentius".


Katholiek Volendam vier eeuwen lang geen eigen kerk en parochie


Volendam maakte vanaf het prille begin in de 14e eeuw onderdeel uit van de kerkelijke gemeente Edam, met de oude Sint-Nicolaaskerk, bekend als de Grote Kerk, als katholiek godshuis en de dienstdoende pastoor als geestelijk leider.

Vanaf 1520 kwam in de Nederlanden het bijbels georiënteerde protestantisme op. Tijdens de daaruit voortvloeiende Hervorming ging in 1572 de pastoor van Edam, en met hem de meerderheid van de katholieken in Edam maar niet die van Volendam, over tot het nieuwe geloof.

De Staten van Holland verboden de uitoefening van de katholieke godsdienst. De katholieken moesten hun kerken en kloosters, inclusief al hun bezittingen aan gebouwen en landerijen, afstaan aan de gereformeerden. Zij werden onderdrukt en mochten eeuwenlang geen bestuursambten vervullen.

In Volendam viel voor de gereformeerden weinig te halen: geen kerk, geen klooster, geen bezittingen, behalve enkele landerijen, gelegen tussen Edam en Volendam, die verdeeld werden tussen de stad Haarlem en de stad Amsterdam. Op een kaart van Cornelis de Rijk uit 1644 staan deze landerijen ingetekend als ‘de Haarlemmer Cappelrijen’ en ‘de Amsterdamse Cappelrijen’.


Katholieke riten konden dus vanaf toen alleen heimelijk worden uitgevoerd. Daartoe namen de overgebleven rooms-katholieken aanvankelijk hun intrek in een schuilkerk op de hoek van de Grote Kerkstraat en de Grote Molensteeg. Voor de vervulling van hun godsdienstplichten waren ook de Volendammer katholieken aanvankelijk op deze schuilkerk aangewezen. Vanaf 1614 deed de nieuwe H. Nicolaaskapel dienst als schuilkerk, dan wel ‘gedoog’ kerk.


Tijdens het krijgsgewoel van de Tachtigjarige Oorlog staken de protestantse Watergeuzen bij alle andere wateroverlast in 1573 de Waterlandse dijk door. Dat was nog gericht tegen de Spanjaarden, maar in 1574 pleegde een van de ongeregelde bendes van de Watergeuzen onder aanvoering van de Edammer Calis een laffe overval op een aantal huizen aan het Noordeinde in Volendam. Daarbij werden de van de oorspronkelijke adellijke ontginners afstammende gebroeders Grebber en hun buurvrouw op brute wijze van hun geld en goederen beroofd. Deze schanddaad van de protestantse Watergeuzen zijn de Volendammers niet gauw vergeten.


In 1657 richtte de kerkeraad van Edam een verzoek aan de Staten van Holland en West-Friesland om geld beschikbaar te stellen voor de bouw van een ‘predickhuijs, school ende woonhuijs’ te Volendam. Zo kwam in 1658 in het kader van een bekeringsplan de mede door een vrome, gereformeerde dame gefinancierde Nederlandse Hervormde kerk, een houten Stolphoevekerk, tot stand. Een jaar later opende het schooltje waar in de gereformeerde leer en zang werd onderricht.


Het kon de katholieke Volendammers niet vermurwen. Evenals hun geloofsgenoten in Edam gingen zij over tot het inrichten van een katholieke schuilkerk¹ in Volendam, aan de diensten waarvan de protestante overheid van Edam paal en perk probeerde te stellen. Dat blijkt onder meer uit de door de Edammer schout tegen de ‘papen’ gerichte brief van 1635 en die van 1664 over de in ‘seecker en huijs en kerck’ te Volendam gehouden katholieke diensten.

In 1692 moesten de Volendammers 200 gulden per jaar afstaan aan de officier van Edam voor het gedogen van het vervullen van hun godsdienstplichten en nog eens 52 gulden voor het onderhoud van de pastoor.


Na de al eerder uit het achterland naar Volendam gekomen instromers waren het vooral Schokkers die vanaf ongeveer het jaar 1700 naar Volendam verhuisden. De katholieken onder hen vonden in het na de reformatie grotendeels katholiek gebleven Volendam een toevluchtsoord.

In Edam stond in 1713 nog altijd het in 1573 opgestelde kanon met de benaming Stier en de tekst ‘Dien den Stier hoort bellen, Munnicken ende Papen sal hi quellen’. Dat bleek geen loos dreigement. In 1723 werden de Volendamse roomsen weliswaar gedoogd, maar wel achtergesteld en aangeklaagd en in 1764 werden zij nog ernstig vermaand vanwege door dominee Martinet ingediende klachten.


De van de oorspronkelijk Frankische ontginners uit Zuiderwoude afstammende bevolking van Volendam bleef niettemin trouw aan het van oudsher aangehangen katholieke geloof. In de loop der tijd trad mede door de beperkte landbouwgrond, de hoge dijklasten en de runderpest bij de protestante minderheid meer uitstroom op, terwijl er aan de katholieke kant juist sprake was van meer instroom.


Tijdens de Franse tijd kwam er volgens de grondwet van 1798 scheiding van kerk en staat, maar het was de grondwet uit 1848 van Thorbecke die in de praktijk tot vrijheid van godsdienst leidde. Nadat het dorp in 1848 een eigen katholieke bijkerk² had gekregen zou in 1860 in Volendam een eerste hoofdkerk verrijzen. Maar dat ging niet vanzelf. Daar gingen jaren van overredingskracht aan vooraf om de hogere geestelijkheid ervan te overtuigen dat Volendam een bedehuis nodig had en nog eens twaalf jaar, waarin men dacht dat de Volendammer bevolking wel genoegen zou nemen met een kapel: een ‘dode mus’. Om de geestelijkheid onder druk te zetten en een eind aan deze situatie te maken besloten de Volendammers massaal hun godsdienstplichten na te laten. Het Bisdom stemde toen in met de bouw van een eigen kerk en parochie.

¹) Die schuilkerk stond op het Noordeinde 19. Daar woont nu Jaap Schilder (Nieuwleven).

²) De bijkerk (kapel) werd gevestigd in een van de weinige stenen huizen aan de dijk, dat enige jaren tevoren was gebouwd en tot bakkerij had gediend van de heer Nooy. Het stond te koop vanwege een sterfgeval. Op de plaats waar later nog de souvenirwinkel van J.W, Simons was, aan de haven dus. Achter het Gat van Nederland kan men aan de andere kant van het Breikie nog de typische kerkramen van de kapel zien.


De eigen kerk en parochie een zegenrijk nieuw begin voor Volendam


Wanneer Volendam dan in 1860 eindelijk een zelfstandige katholieke parochie wordt, heeft de geestelijkheid wel een grote positieve invloed op de levensstijl van de gelovige Volendammers. De achtereenvolgende pastoors en kapelaans hebben zich ingezet om Volendam, zowel op geestelijk als wereldlijk gebied op te bouwen. Zij steunden hun gelovigen niet alleen op het gebied van geloof en zeden, maar zij bouwden – samen met de Volendammers – het dorp op. Er kwam in Volendam niet alleen een katholiek kerkgebouw, maar mede dankzij de geestelijkheid werden er ook katholieke scholen en verenigingsgebouwen voor volwassenen, jongens en meisjes gebouwd. Er kwamen sportverenigingen, zoals de voetbal en de gymnastiek. Allerlei verenigingen en clubs die vanuit de katholieke kerk, mede op initiatief van de pastoors en de vele jonge kapelaans, opgericht werden. Het is bijna niet in te schatten hoeveel katholiek Volendam aan deze werkers van het eerste uur te danken heeft.

Zo bleef Volendam een krachtige katholieke gemeenschap. De kinderen van de meestal grote gezinnen bleven in Volendam wonen. Hierdoor ontstond er een hechte familie- en gemeenschapsband rond de katholieke kerk van Volendam. Het geloof van de Volendammers verdiepte zich. Ze waren strijdbaar in hun katholieke identiteit te midden van een alom omringende afwijkende gezindheid.

Kortom, de gehele geschiedenis door zijn de Volendammers katholiek en blijven zij katholiek³.

Ze zijn vissers van vader op zoon. Zij hebben hun eigen geloof. Zij hebben hun eigen klederdracht. Zij hebben grote gezinnen. Zij hebben unieke eigenschappen. Zij zijn Volendammers in hart en nieren. Zij houden vast aan het geloof van hun voorvaderen. Zij hebben hun eigen gewoonten en gebruiken. Zij hebben hun eigen dialect. Zij wonen in hun ‘eigen dorp’ Volendam, al is het een buitenwijk van Edam.

Zij zijn gelovig. Zij vormen samen één sociale gemeenschap, waarin een ieder voor de ander klaarstaat.

Zij zijn katholiek en kiezen geen ander geloof, omdat zij zichzelf willen zijn: VOLENDAMMER!



Overige nieuwsberichten


25 apr., 2024
Na 4 jaar is het nieuwe jaarboek van het Volendams Museum weer verkrijgbaar. Het is een prachtig samengesteld magazine met boeiende verhalen, gedetailleerde stambomen en natuurlijk nostalgische foto’s. Ook geven we een bijzonder inkijkje in het verleden van het Volendams Museum en blikken we vooruit op de toekomstplannen. Genieten bij een lekker bakkie Wil je graag meer weten over het Volendams Museum, het verleden en de toekomst? Koop dan dit mooie jaarboek voor slechts €9,95 in onze shop. Kom langs en geniet van dit prachtige boek onder genot van een heerlijk kopje koffie of thee.
16 apr., 2024
In het stoffenwinkeltje van het museum worden op dit moment de handwerkjes van Aafke Bootsman getoond. Dit zijn mooie handwerkjes zoals engeltjes, kettingen en een vlieger, gemaakt van Volendammer kleding. Zo zorgt Aafke ervoor dat versleten kleding een tweede leven krijgt. In het stoffenwinkeltje wordt zo het ‘oude’ en het ‘nieuwe’ met elkaar verbonden. Kom eens kijken in het Volendams Museum naar de mooie handwerkjes van Aafke Bootsman.
10 apr., 2024
Tijdens de pieperrace hebben een aantal afgevaardigden van het Volendams Museum en de Vereniging Behoud Volendammer Botters een aantal visserstruien in ontvangst mogen nemen. Deze truien zijn speciaal voor ons ontwikkeld. Het zijn unieke truien die doen denken aan de traditionele Volendammer visserstruien van oudsher. Keep it Local Het ontwerpen en fabriceren van de truien maakt onder deel van ‘Keep it Local’. Dat is een project van lectoraat Fashion Research & Technology aan de Hogeschool van Amsterdam. Leslie Eisinga en Maaike Feitsma hebben de truien ontworpen en ontwikkeld voor het Volendams Museum en de Vereniging Behoud Volendammer Botters. De truien zijn gemaakt van 100% wol en door een speciale 3D-breimachine gefabriceerd. Het is de enige breimachine in zijn soort in heel Nederland. Het ontwerp met het enkele huisjes van het doolhof maakt de trui heel erg speciaal. Alleen voor leden De trui is heerlijk warm en waterbestendig. Op dit moment is de trui alleen gemaakt voor leden van het Volendams Museum. Er wordt nog onderzocht of het ook mogelijk is om de trui op grote schaal te maken. 
Share by:
Bestel online